Wasprogramma’s – toelichting

Je hebt een wasmachine in huis staan en gebruikt deze al regelmatig. Grote kans dat je slechts een paar van de wasprogramma’s gebruikt. Veel mensen gebruiken slechts 2 tot 3 wasprogramma’s. Vaak ook omdat ze niet zo goed weten wat de verschillende wasprogramma’s allemaal doen. Daarom hier toelichting op de wasprogramma’s. Zo weet je bij de volgende wasbeurt precies welk wasprogramma je moet kiezen!

Standaard wasprogramma’s

Er zijn een aantal standaard wasprogramma’s die je op elke goede wasmachine tegenkomt. Dit zijn de wasprogramma’s die door de meeste mensen het vaakst gebruikt worden. Ook al lijken ze voor de hand liggend, een kleine toelichting kan toch zinvol zijn.

Katoen: de katoenwas wordt het meest gebruikt. Deze is geschikt voor kleding van katoen en linnen. Afhankelijk van het waslabel in je kleding kun je deze was op koud tot 60°C graden wassen. Goed om te weten is ook dat de katoenwas wordt gebruikt bij de energiemetingen van de energielabels.

Fijne was/zijde: de fijne was of zijde is bedoeld voor delicate kledingstukken. Je vult de wasmachine slechts met een paar kledingstukken. Op een lage temperatuur wordt de kleding gewassen als ook op een laag toerental gecentrifugeerd.

Opfrissen/kort programma (15-30 min.): dit wasprogramma duurt niet zo lang, meestal zo’n 15 tot 30 minuten, afhankelijk van jouw wasmachine. Dit programma gebruik je als je kleding niet vies is, maar een beetje ruikt naar bijvoorbeeld rook. Door het slechts kort op te frissen blijft je kleding langer mooi dan een in dit geval onnodige lange was.

Snel/mix: als je voor deze optie kiest dan kun je de wasmachine in de regel tot ongeveer de helft vullen met een mix van katoen, linnen of synthetisch. Dit programma is vaak ook een stuk sneller klaar dan een katoenwas.

Spoelen: spoelen gebruik je als je wilt dat de wasmachine je kleding een keer extra spoelt. Je voorkomt hiermee dat er eventuele zeeprestjes achterblijven in je kleding. Dit is een handige functie voor mensen die een gevoelige huid hebben en reageren op wasmiddel.

Spoelen, pompen en centrifugeren: deze functie gebruik je als je iets met de hand hebt gewassen en het nog een keer goed wil laten spoelen en het door centrifugeren sneller te laten drogen. Ook kun je deze functie gebruiken als je was een keer te nat is na een wasbeurt.

Synthetisch: dit is geschikt voor synthetisch wasgoed. Synthetisch is gemaakt van een niet natuurlijk materiaal, anders dan bijvoorbeeld linnen en katoen. Je kunt hier denken aan kledingstukken die gemaakt zijn van nylon, acryl, viscose en polyester.

Overige wasprogramma’s

De bovenstaande wasprogramma’s kom je eigenlijk op iedere wasmachine wel tegen. Daarnaast heb je nog een aantal wasprogramma’s die niet elke wasmachine heeft, maar voor jou misschien wel belangrijk kunnen zijn. Doe je bijvoorbeeld regelmatig aan outdoor sport, dan is het fijn dat je je kleding kunt impregneren voor de waterafstotende laag.

Allergie/hygiëne: mensen met een allergie baten bij schonen en goed gespoelde kleding. Daarom blijft de wasmachine op deze stand wat langer op een hogere temperatuur en spoelt het de kleding extra goed.

Anti-kreuk: anti-kreuk gebruik je als je zo min mogelijk wilt strijken na het wassen. De wasmachine wast en centrifugeert voorzichtiger. Bovendien blijft de trommel ook na de wasbeurt regelmatig eventjes draaien om te voorkomen dat de was in een prop opdroogt.

Babykleding: dit wasprogramma is vergelijkbaar met de was voor allergie/hygiëne. De was wordt langer op een hoge temperatuur gewassen en extra goed gespoeld.

Eco-programma: het eco-programma duurt wat langer dan het standaard wasprogramma, maar met het eco-programma kun je dan wel weer zuiniger wassen.

Gordijnen/vitrage: deze wasfunctie gebruikt de voorwas om stof uit gordijnen te verwijderen en spoelt ze extra goed door.

Jeans/donkere was: op donkere was zie je eerder zeepresten terug dan op lichte was. Daarom verbruikt de wasmachine meer water voor de donkere was en spoelt het extra goed.

Outdoor/impregneren: voor dit wasprogramma heb je een speciaal impregneermiddel nodig om je kleding waterafstotend te maken of te behouden. Deze stand kun je goed gebruiken voor je jassen en kleding voor wintersport.

Overhemden: dit programma lijkt een beetje op de anti-kreuk programma; de wasmachine wast en centrifugeert voorzichtiger op deze stand.

Stoomprogramma: sommige wasmachines kunnen ook stomen. De stoomfunctie gebruik je om kleine beetjes kleding op te frissen. Kleding zal op deze stand iets minder kreuken dan bij het opfrisprogramma.

Trommelreiniging: Als je veel op lage temperaturen wast, kan er vetluis in je wasmachine ontstaan. Deze bacteriën zorgen voor nare geurtjes.  Bij trommelreiniging vult de wasmachine de – lege – trommel met een hoger waterniveau dan anders. Op een hoge temperatuur spoelt hij de wasmachine zo schoon.

Verkort programma: het verkorte programma is sneller klaar, maar verbruikt dan wel meer energie en spoelt minder goed dan het standaard wasprogramma.

Vlekken: bij het programma vlekken wast de wasmachine langer op een hoge temperatuur en spoelt het beter.

Vlekkenautomaat: hier zijn zo’n 15 – 20 vlekken in voorgeprogrammeerd. De wasmachine past naar het soort vlek de temperatuur en inweektijd aan.

Voorwas: de functie voorwas gebruik je als je kleding erg vervuild is, bijvoorbeeld omdat je in de tuin hebt gewerkt.